Onderzoeksproject Alternatieve ontwormingsmiddelen voor biologische leghennen

Voltooid ALTBIOLEG
Kippen in een stal

Contacteer onze expert

Algemeen kader

Een eerste reeks verkennende experimenten met alternatieven voor het anti-wormmiddel flubendazol bij pluimvee heeft geen duidelijke richting opgeleverd. Na dit project ALTBIOLEG blijft er dus nog bijkomend onderzoek nodig, luidt de eindconclusie. Kippen in de leghennenhouderij, gangbaar en bio, krijgen vaak te maken met worminfecties. Ter behandeling is momenteel enkel het allopathische geneesmiddel flubendazol toegestaan. In de nieuwe Europese Wetgeving wordt mogelijks een minimum wachttijd van 48 uur ingevoerd, waardoor de eieren in deze tijdspanne niet als biologisch verkocht worden. Dat is slecht voor het inkomen van de boer.
De hypothese van dit project was dat er misschien te vaak wordt behandeld, en dat het gebruik van alternatieve producten reeds in staat zou zijn om de infectiedruk af te remmen. Als dat zo zou zijn, dan krijgt de biologische leghennenhouder handvatten aangereikt m.b.t optimaal gebruik van anti-wormmiddelen en een alternatieve aanpak van de worminfecties.

Onderzoeksaanpak

De onderzoekers bekeken hoe de wormbesmetting op een biologische leghennenbedrijf verloopt en wat de relatie is tussen een wormbesmetting, het productieniveau en de diergezondheid. Aan de hand van drie indicatoren schatten ze de graad van wormbesmetting in. De gebruikte indicatoren hierbij waren het aantal eitjes per gram (EPG) mest van de meest voorkomende wormen, de immuniteitscellen aanwezig in het bloed van de leghennen en de aanwezigheid van wormen bij autopsie. Via experimenten werd in kaart gebracht wat het effect is van een aantal alternatieve, natuurlijke ontwormingsproducten, op het verloop van de worminfectie. Met name het effect van het toedienen van natuurlijke ontwormingsproducten op bovengenoemde indicatoren, alsook op productiviteit en op diergezondheid zou worden gedocumenteerd.

Relevantie/Valorisatie

Concreet gebeurden de experimenten en metingen op 4 leghennenbedrijven, op één opfokbedrijf en op de uitloopkippen op de proeflocatie van ILVO. Tevens werden op 2 leghennenbedrijven en op ILVO producten aan de hennen toegediend die de wormdruk zouden reduceren. Het effect van deze producten werd opgevolgd aan de hand van de genoemde indicatoren. Het resultaat is dat er geen significant effecten van de toepassing van deze producten waargenomen werden. De verschillende cases waren informatief, maar onderlinge variatie maakt het moeilijk om conclusies omtrent relaties tussen verschillende indicatoren te trekken. Verder onderzoek is nodig in deze.

Financiering

Vlaamse Overheid - L&V
CCBT