Onderzoeksproject Ontwikkeling van een beslissingsondersteunend rooster om gewasbeschermingsmiddelen al dan niet uit de handel te nemen

Voltooid FOD DECALPE

Ontwikkeling, op basis van glyfosaat en neonicotinoïden als case-control-studies, van een beslissingsondersteunend rooster om de problematiek van de alternatieven te kunnen integreren wanneer een beslissing om pesticideproducten uit de handel te nemen

Selectief spuiten

Contacteer onze expert

Algemeen kader

Leidt het verbod op het gebruik van glyfosaat en van neonicotinoïden en het daaruit volgend gebruik van andere herbiciden en insecticiden al dan niet tot risicovollere blootstellingen voor de mens, voor bestuivende insecten en voor het milieu? Het onderzoeksproject Decalpe geeft antwoord op deze vraag in vijf specifieke contexten, zijnde de bietenteelt, pitfruit, akkerland/grasland, spoorwegbermen en gebruik op private verharde ondergronden. De tweede taak van het project is het opstellen van een beleidsondersteunend rooster dat de eigenschappen van alternatieve producten of bestrijdings- en beheersingsmethoden (lees: teeltsystemen, netten, stomen, schoffelen, elektrocutie...) integreert in de beslissingsvraag om gewasbeschermingsmiddelen al dan niet uit de handel te nemen.

Onderzoeksaanpak

We combineren wetenschappelijke literatuurstudie en consultatie van experten. We lijsten eerst de alternatieven op voor glyfosaat en neonicotinoïden binnen de gevalstudies. We inventariseren de blootstelling van de mens, het milieu en de bestuivers aan glyfosaat en neonicotinoïden. We doen hetzelfde werk systematisch voor elk van de alternatieven op onze lijst. We beoordelen nauwkeurig de risico's op vlak van milieu- en gezondheidsindicatoren en het risico voor de verschillende actoren en bestuivers bij de verschillende scenario’s, en ook de de baten. We maken de balans tussen risico's en baten. Tenslotte plaatsen we alle gevonden milieu- en gezondsheidscriteria die de druk van gewasbeschermingsmiddelen en hun alternatieven karakteriseren in een beslissingsrooster waarmee een Pareto-efficiënte keuze tussen verschillende bestrijdingsmethoden kan gemaakt worden. Zulk een keuze streeft naar een optimum over de verschillende criteria heen, waarbij geen enkel criterium te verbeteren is zonder een ander te verminderen. De specifieke rol van ILVO in dit project is de impact op bestuivers (honingbijen, hommels en solitaire bijen) te helpen bepalen.

Relevantie/Valorisatie

Het ziet er, volgens de huidige trend, naar uit dat er in de toekomst nog vaak erkenningen van bestaande gewasbeschermingsmiddelen worden ingetrokken, omwille van gezondheids- en milieubescherming, gerechtelijke beslissingen of keuzes van houders van erkenningen. Deze intrekkingen moeten echter met kennis van zaken gebeuren om te voorkomen dat 1) er sectoren zijn die geen alternatieven hebben waardoor teelten zouden verdwijnen en 2) er praktijken of alternatieven ontstaan die even of meer schadelijk zijn voor de gezondheid van mens, milieu of bestuivers. Als dat het geval is dan zou het ene probleem het andere vervangen, en dat is niet productief.