Persbericht Betrouwbare en kosten-efficiënte monitoring van koolstofopslag door koolstoflandbouw?
Koolstoflandbouw is erop gericht om koolstof vast te leggen in de bodem en houtachtige biomassa, als een win-win voor landbouwer, klimaat en samenleving. Met koolstoflandbouw kan de landbouwer zowel werken aan bodemgezondheid als een vergoeding ontvangen om CO2 te verwijderen uit de atmosfeer. De cruciale vraag is: HOE krijg je het effect van koolstoflandbouwpraktijken gekwantificeerd, bewezen en afrekenbaar op een manier die voldoende nauwkeurig is maar financieel en administratief haalbaar, én derwijze dat de methode(s) zich kan aanpassen aan de lokale landbouwcontext en fair blijven voor de diverse landbouwsystemen? Hoe kunnen we met andere woorden veranderingen in de koolstofvoorraden in de bodem en in de uitstoot van broeikasgassen (BKG) uit de bodem efficiënt monitoren, rapporteren en verifiëren (MRV)? Deze vragen krijgen een antwoord in het grootscheeps Europees onderzoeksproject MARVIC, gecoördineerd door ILVO. Zestien kennisorganisaties uit 12 EU landen werken samen in MARVIC.
Concretisering van wettelijke voorschriften
De EU wil carbon farming (koolstoflandbouw) en het daarbij horende verdienmodel door de verhandeling van CO2-certificaten opschalen. Om vertrouwen te winnen in de markt en greenwashing te vermijden werkt de EU aan een regelgeving voor certificering* van koolstofverwijdering, het zogenaamde Carbon Removal Certification Framework (CRCF). Om te voldoen aan een Europees kwaliteitskeurmerk zullen CO2-certificaten moeten voldoen aan vastgestelde QU.A.L.ITY criteria. De criteria gaan over een accurate en robuuste monitoring, over eenvormige regels voor additionaliteit, over lange termijn koolstofopslag (en het risico dat de koolstofopslag niet permanent is) en over de duurzaamheid van de carbon farming praktijken. Verder worden er ook regels uitgewerkt over het al dan niet in rekening brengen van andere broeikasgasemissies. Terwijl de politiek werkt aan de basisprincipes, onderzoekt MARVIC hoe berekeningsmethodes concreet gemaakt kunnen worden.
(*Eind februari 2024 is er een voorlopig politiek akkoord bereikt over CRCF: perstekst 1, perstekst 2 en perstekst 3).
Een MRV Framework dus
Europa wenst van de onderzoekswereld voorstellen te krijgen om het monitoren, rapporteren en verifiëren (MRV) van koolstofverwijdering praktisch, betrouwbaar (dus met echte impact) en betaalbaar te laten werken.
Greet Ruysschaert, ILVO bodemonderzoeker en coördinator van MARVIC: “Elke bestaande en toekomstige private en publieke organisatie in Europa die koolstofcertificaten uitreikt zal door ons MARVIC-werk een richtinggevende kader krijgen om zijn MRV methodes te ontwikkelen volgens de Europese QU.A.L.ITY criteria halen, met genoeg standaardisering en tegelijk passend bij de lokale landbouwcontext. Wij zijn ons bewust van de moeilijke driezijdige balans die we moeten vinden, tussen kosten en nauwkeurigheid en minimale administratieve overlast.”
Meten of modelleren of een mix
Koolstofopslag is een traag proces en het is een uitdaging om de evolutie in koolstofopslag overal nauwkeurig te gaan meten (via bodemanalyses of scans op bepaalde tijdstippen en frequenties). In plaats van (voortdurend) te meten kan men ook gebruik maken van inschattingsmodellen. In dat geval berekent men bij benadering de evolutie van koolstofvoorraden in de bodem via wiskundige modellen. Die draaien op data over de bodemgesteldheid, toegepaste landbouwpraktijk, gewas- en rotatiekeuzes, etc. Het nadeel is dat er veel gedigitaliseerde gegevens nodig zijn over het management. Om nauwkeurige én kosteneffectieve MRV-systemen met minimale administratieve lasten te realiseren, onderzoekt MARVIC de slimme integratie van verschillende bouwstenen - waaronder modellen, bemonsteringsstrategieën, satellietbeelden, benchmarklocaties, bestaande kaartlagen en reeds beschikbare bedrijfsgegevens.
Uitdagingen bij monitoring: fair en aan (lokale) verschillen aangepast
Het Europese landbouwlandschap is divers. Er bestaat een grote verscheidenheid aan , teeltsystemen, bodems, bedrijfstypes en managementpraktijken. Ook de grootte van percelen en bedrijven, de mate waarin landbouwbedrijven al zijn gedigitaliseerd zijn, en de hoeveelheid lokaal beschikbare data en lokale wetgeving verschillen van plek tot plek. Het project MARVIC pakt deze complexiteit aan door alvast vier belangrijke landbouw-LUST’s (Landgebruik X Bodemtypes) aan MRV-regels te helpen: akkerland, grasland, agroforestry/houtige gewassen en beheerd veengebied. Elk van die landgebruiken bezitten eigen mogelijkheden voor koolstoflandbouw. De onderzoekers testen in hoeverre de LUST-specifieke MRV-systemen aanpassingen vergen aan de lokale context. Dat gebeurt door onderzoekswerk in 12 verschillende landen verspreid in Europa.
De kans op succesvolle koolstofopslag hangt niet alleen af van de inspanningen van de landbouwer. Het zijn de bodemeigenschappen die mee bepalen hoeveel koolstof er bij een bepaald landgebruik kan
opgeslagen worden. Er is dus een intrinsiek ongelijke beginsituatie. Ten tweede is de verwachting dat sommige koolstoflandbouwsystemen of -financiers wellicht systeem overschrijdend en/of in meerdere landen en gebieden zullen opereren. Daaruit volgt de behoefte aan eenvormige MRV methodes om koolstofopslag in verschillende koolstoflandbouwomgevingen bijeen te kunnen nemen en te honoreren.
Hui Xu (ILVO onderzoeker en MARVIC project manager): ”MRV spelregels moeten fair zijn voor de landbouwers met een verschillende startpositie en ze moeten een balans vinden tussen rekening houden met een lokale context en werkbaar blijven voor zowel kleinschalige carbon farming-organisaties als voor internationale initiatieven.’’
Focus in Vlaanderen op akkerland en agroforestry
Het Vlaamse onderzoeksteam binnen MARVIC focust zich op methodes voor het monitoren van koolstofopslag in akkerland en agroforestry.
Op akkerland is er potentieel om koolstof in de bodem op te slaan door het inbrengen van intensief wortelende gewassen en meerjarige teelten, zoals tijdelijk grasland en grasklaver, in de rotatie, het beperken van braakperiodes en door het maximaliseren van groenbedekkers en de toepassing van stabiele organische meststoffen (stalmest of compost). Agroforestry (boslandbouw) integreert bomen of struiken op akkerland of grasland, met dus opslag van koolstof zowel in de houtige biomassa als in de bodem. Het C-opslagpotentieel is o.m. afhankelijk van de soorten bomen en gewassen, het plantverband, de bodemgesteldheid en de beheerpraktijken. De grote diversiteit binnen agroforestry maakt de ontwikkeling van monitoringssystemen uitdagend.
Vier jaar studiewerk
MARVIC is een Horizon Europe Soil Mission-project dat loopt van 2023 tot 2027. De participerende landen zijn België, Nederland, Duitsland, Frankrijk, Ierland, Spanje, Italië, Denemarken, Finland, Estland, Zwitserland en Tsjechië. De onderzoekers hebben heel uiteenlopende expertises in Europa binnen handbereik.
Elk land onderzoekt hoe MRV systemen moeten aangepast worden aan de lokale context. Zo ontstaat er een totaalbeeld op de verschillende kansen en noden doorheen Europa. MARVIC werkt intensief samen met het zusterproject MRV4SOC, waaraan onder meer Universiteit Antwerpen meewerkt.
Op de hoogte blijven?
Bezoek dan de project website https://www.project-marvic.eu/ en schrijf je in op de nieuwsbrief.