In de media Joris Relaes over de Vlaamse aardappel
De Vlaamse aardappel: van voedsel voor de armen tot grondstof van miljardenbusiness
Wie dezer dagen het Vlaamse land doorkruist, kan er niet naast kijken: er zijn dit jaar bijzonder veel aardappelen gepoot. De planten staan er frisgroen bij dankzij de regen de voorbije week. In Oost- en vooral in West-Vlaanderen passeren elke dag tientallen opleggers van firma's als Clarebout, AB Texel of Agristo. Die rijden af en aan om de vele aardappelverwerkende fabrieken dag en nacht te beleveren. Zo'n fabriek - Vlaanderen en de aanpalende regio's tellen er een tiental - verwerkt makkelijk 100 vrachtwagenladingen per dag, ook op weekenddagen. De aardappel is een miljardenbusiness geworden in Vlaanderen, wat het recente getouwtrek rond Clarebout bevestigt.
De aardappel speelt in onze contreien al lang een prominente rol - niet als gouden gewas, wel als het armenvoedsel voor een snel groeiende bevolking. “Geen enkel gewas levert zoveel nutriënten per hectare op als de aardappel”, zegt Joris Relaes, hoofd van het ILVO. Met aardappelen kon je een veel grotere hoeveelheid mensen voeden dan met graan, waardoor de bevolking ook weer toenam. In 1800 at een volwassene 200 kilogram aardappelen per jaar, in 1900 steeg dat naar 400 kilogram per persoon, of meer dan een kilogram per dag.
Lees het het volledige interview van journalist Stijn Decock in De Standaard van 3/6/2025