Titel doctoraat: "Identificatie van bepalende parameters voor vorsttolerantie in Lavandula spp."
Samenvatting proefschrift
Door klimaatverandering en de voorspelde toename in droge zomerperiodes is de vraag naar droogtetolerante tuinplanten, met name lavendel, sterk gestegen. De overleving van lavendel in gematigde of koude klimaatzones is vaak problematisch vanwege een gebrek aan winterhardheid. Dit onderzoek richtte zich op het bestuderen van fysiologische, biochemische, en anatomische kenmerken van lavendel om vorsttolerantie beter te begrijpen en te kunnen verbeteren. In een collectie van 84 verschillende lavendelsoorten en cultivars werden verschillen in vorsttolerantie onderzocht d.m.v veldobservatie, gecontroleerde bevriezingsproeven, en het meten van celsaplekkage en de verstoring van de fotosynthese. De resultaten toonden aan dat de overlevingstemperatuur varieerde van 19,4 °C in de meest vorsttolerante soort, tot 2,9 °C in de minst vorsttolerante soort. Het watergehalte van het blad bleek een bepalende factor te zijn, aangezien vorsttolerante planten steeds een lagere blad waterinhoud bezaten dan vorstgevoelige planten. Vriestemperaturen brachten bij vorstgevoelige lavendelsoorten onherroepelijke schade toe aan de fotosynthese en veroorzaakten ook embolieën luchtbellen) in de xyleemvaten water transporterende kanalen) in de stengel van deze soorten, waardoor de wateropname verhinderd werd en de planten verwelkten. D.m.v een genetische screening van de lavendelcollectie werden opportuniteiten gevonden om via soortkruisingen de winterhardheid van lavendel te verbeteren. De resultaten van dit onderzoek zullen in de toekomst de ontwikkeling van weerbaardere tuinplanten met verbeterde winterhardheid ondersteunen.