Dossier Klimaatmitigatie en klimaatadaptatie

Als je denkt aan ‘klimaatonderzoek’, waar denk je dan aan? De meesten zullen bij deze vraag denken aan het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen. Maar evengoed is het belangrijk om ons aan te passen aan het klimaat dat nú al aan het veranderen is. Die twee sporen van klimaatonderzoek noemen we klimaatmitigatie en klimaatadaptatie. Maar welk spoor verdient nu de meeste aandacht? Hoe is de interactie tussen mitigatie en adaptatie? En zijn er ook oplossingen die op beide sporen tegelijk werken?

Volg het klimaatonderzoek op ILVO
water agroforestry


Broeikaseffect

We moeten de uitstoot van broeikasgassen, zoals CO2 (koolstofdioxide) maar ook CH4 (methaan) en N2O (lachgas) naar beneden halen. Die broeikasgassen zorgen voor het broeikaseffect: Zonnestralen die op het aardoppervlak terechtkomen worden teruggekaatst naar de atmosfeer, maar worden daar opnieuw richting aarde gekaatst door broeikasgassen, waardoor de aarde nog meer opwarmt.

Wist je dat dat broeikaseffect zo oud is als de aarde zelf? Het is er altijd al geweest, en meer nog, het heeft er mee voor gezorgd dat leven op aarde mogelijk was. Zonder het broeikaseffect zou de temperatuur op aarde slechts… -18°C zijn!

Sinds het ontstaan van de mensheid en vooral sinds de industriële revolutie in de 19de eeuw is de concentratie aan broeikasgassen in onze atmosfeer (vooral CO2) enorm sterk gestegen. Dat kan je goed zien in onderstaande grafiek: De CO2-concentratie in onze atmosfeer varieerde de afgelopen 800.000 jaar door allerlei natuurlijke processen tussen 160 en 300 ppm (parts per million, of mg per kg), maar de laatste 200 (!) jaar is die in razend tempo gestegen tot meer dan 420 ppm.

Evolutie van de atmosferische CO2-concentraties in de laatste 800.000 jaar. Bron: NASA

Die hoge concentraties aan broeikasgassen zorgen voor een versterkt broeikaseffect, waardoor de temperatuur op aarde stijgt. Die temperatuurstijging zet allerlei processen in gang die we samen klimaatverandering noemen: de zeespiegel stijgt, zee- en luchtstromingen veranderen of vallen stil, natuurlijke biotopen verplaatsen zich, …

WAT is ‘klimaatmitigatie’ en ‘klimaatadaptatie’?

Het beperken van het broeikaseffect om zo klimaatverandering tegen te gaan noemen we ‘klimaatmitigatie’. Concreet wil dat zeggen dat we de uitstoot van broeikasgassen moeten reduceren, en zo de concentratie van die broeikasgassen in de atmosfeer proberen te verlagen.

Klimaatmitigatie = de uitstoot van broeikasgassen reduceren om de klimaatverandering af te remmen of te stoppen

Echter, de realiteit heeft ons al ingehaald. Ondanks decennia aan klimaatonderzoek wereldwijd en alle goede voornemens blijven we broeikasgassen uitstoten aan een razendsnel tempo. Dat heeft ondertussen al geleid tot een aantal merkbare veranderingen in België:

  • De gemiddelde temperatuur is sinds 1900 met 2,1°C gestegen
  • De periodes zonder regen worden steeds langer (periodes van droogte duren gemiddeld 6 dagen langer vergeleken met 1980)
  • Neerslag wordt steeds heviger en langer (van gemiddeld 1,5 dagen met hevige neerslag (20 mm of meer) in Ukkel in de zomer, naar gemiddeld 3 dagen)
  • De zeespiegel in Oostende is sinds 1950 al met 16 cm gestegen
Evolutie van de jaarlijkse gemiddelde temperatuur in Sint-Joost-ten-Node/Ukkel voor de periode 1833-2019. Bron: KMI

De landbouwsector is één van de sectoren die de invloed van deze veranderingen in het klimaat als eerste voelt: periodes van droogte, waardoor gewassen geen kans krijgen om te groeien, overstromingen die de velden blank zetten, langdurige hitte die stress veroorzaakt bij dieren, …

We moeten ons dan ook aanpassen aan die nieuwe realiteit. Daarom draait klimaatonderzoek ook nog op een tweede spoor, namelijk ‘klimaatadaptatie’: het zich aanpassen aan het nieuwe klimaat.

Klimaatadaptatie = leren om te gaan met de gevolgen van de klimaatverandering (droogte, hitte, neerslagextremen, …

HOE doe je aan klimaatmitigatie en klimaatadaptatie in de landbouwsector?

Klimaatmitigatie: Landbouw is een buitenbeentje t.o.v. andere economische sectoren. Waar in andere sectoren vooral CO2 (±95%) wordt uitgestoten, gaat het in landbouw in Vlaanderen om drie belangrijke broeikasgassen: CH4 (±45%), CO2 (±30%) en N2O (±25%)​. CH4 wordt vooral gevormd in de pens van herkauwers (vooral melkvee en vleesvee) en tijdens de opslag van mest (vooral varkens). De belangrijkste bron van CO2 is de tuinbouw. N2O tenslotte komt vooral vrij uit bodems bij de toepassing van (kunst)mest.

Voor ieder van die broeikasgassen zijn andere technieken en maatregelen nodig om de uitstoot te reduceren. Binnen het ILVO Expertisecentrum Landbouw & Klimaat (ELK) worden heel wat van die opties onderzocht. Hieronder slechts een paar voorbeelden:

  • De vorming van CH4 in de pens kunnen we verminderen door bepaalde voeders of voederadditieven te geven aan het vee.
    Voorbeelden: MelkMethGras, Metheen
  • CO2-emissies uit de tuinbouw kunnen verminderd worden door met isolerende schermen te werken of door dampwarmtepompen te installeren.
    Voorbeelden: ENERGLIK
  • De uitstoot van N2O kunnen we tegengaan door correct te bemesten en de bodem duurzaam te beheren.
    Voorbeelden: EJPSoil SOMMIT

Klimaatadaptatie: Zoals hoger aangegeven heeft klimaatverandering impact op veel landbouwaspecten, wat tot verschillende problemen leidt. Voor ieder van die problemen moeten oplossingen bedacht worden. Een paar voorbeelden:

  • Je kan stress door extreme hitte bij dieren vermijden door het stalklimaat aan te passen, water te vernevelen via ventilatoren, het voeder aan te passen,…
    Voorbeelden: EHBKOE, CoolChicks, CoolPigs
  • Droogte en extreme neerslag kan je omzeilen door slim om te gaan met het beschikbare water. Dat kan door bvb. peilgestuurd te draineren, met gewassen of rassen te werken die beter bestaand zijn tegen droogte,…
    Voorbeelden: SKAD, OP-PEIL, KLIMGRAS, HYDRAS

Zijn mitigatie en adaptatie ook gelinkt aan elkaar?

Veel van de maatregelen die goed zijn voor klimaatmitigatie zijn ook goed voor klimaatadaptatie, en andersom. Soms hebben ze zelfs positieve effecten op andere vlakken van duurzaamheid, zoals stikstofuitstoot, bodemleven, of de kwaliteit van het water.

Een concreet voorbeeld daarvan is koolstofopslag in de bodem. Door het organische koolstofgehalte van de bodem te verhogen, sla je meerdere vliegen in één klap (figuurlijk): Je haalt koolstof uit de lucht (klimaatmitigatie), maakt je bodem weerbaarder voor waterextremen, zowel te veel water als te weinig water (klimaatadaptatie) én bevordert het bodemleven (biodiversiteit).

Voorbeelden: EJPSoil - Carboseq, SOILSTRUCT, MARVIC

Wat heeft het logo van ELK daar mee te maken?

In het ELK zetten we duidelijk in op beide sporen (mitigatie en adaptatie), en bij voorkeur gaan we ze combineren. We bekijken klimaatoplossingen altijd vanuit een systemische bril, waarbij álle aspecten van duurzaamheid in acht worden genomen. Het heeft immers geen zin om oplossingen voor te stellen die positief zijn voor het klimaat, maar een negatief effect hebben op andere vlakken van duurzaamheid (economisch, ecologisch, sociaal,…).

Bij het zoeken naar die klimaatoplossingen brengen we verschillende disciplines binnen ILVO samen. Dat komt ook tot uiting in ons logo. Binnen ELK werken we namelijk rond klimaatmitigatie en klimaatadaptatie in acht overkoepelende thema’s: Bodem, Dierlijke productie, Energie, Landschap, Mariene omgeving, Plantaardige productie, Water, en Klimaatslimme bedrijfsvoering. Heb je er al op gelet dat élk van die acht deelthema’s terugkomt in ons logo?

Volg het klimaatonderzoek op ILVO
Het logo van het ILVO Expertisecentrum Landbouw & Klimaat (ELK). Hierin vind je de 8 klimaatthema’s terug: Bodem, Dierlijke productie, Energie, Landschap, Mariene omgeving, Plantaardige productie, Water, en Klimaatslimme bedrijfsvoering.

Links